Wie zich verdiept in diverse energie-subsidies en fiscale regelingen verdwaalt binnen de kortste keren in een oerwoud van afkortingen. SDE++, ISDE, EIA, MIA\VAMIL en de lijst gaat door. Hoe vind je de weg in deze jungle? Welke subsidies moeten we in de gaten houden? Hoe profiteer je zo optimaal mogelijk van alle regelingen? Waar moet men op letten bij het aanvragen? Met het antwoord op die vragen wordt het regelen van subsidies niet per se leuker, wel makkelijker en financieel aantrekkelijker.

Het staat volgens Sven Ringelberg, oprichter van Simpel Subsidies en schrijver van het boek ‘De Nederlandse aardgastransitie’, als een paal boven water; bedrijven die willen of moeten verduurzamen, zien door de financiële ondersteuningsbomen en takken vol voorwaarden van onder andere de overheid het bos niet meer. Maar ook hier geldt dat de aanhouder wint en kan rekenen op bedragen die duurzaamheid ineens aantrekkelijker maken.  

Nut en noodzaak van energiesubsidies

Iedereen kent het verhaal: in 2050 moeten bijna zeven miljoen woningen en 1 miljoen andere gebouwen aardgasvrij zijn. Daar trekt de overheid in 2023 een bedrag voor uit van 350 miljoen euro, te besteden aan onder andere subsidies en fiscale regelingen voor bedrijven. Dankzij deze financiële ondersteuning wordt verduurzamen voor veel bedrijven aantrekkelijker en komt de haalbaarheid van de klimaatdoelstellingen

steeds dichterbij.

De keuze is reuze

Hoewel de keuze tussen de verschillende subsidies en fiscale regelingen niet op één hand te tellen is, hoeven installateurs en eindgebruikers er volgens Ringelberg maar een aantal in de gaten te houden. “Voor particulieren is dat de Investeringssubsidie duurzame energie en energiebesparing (ISDE) waarbij de gebruiker, afhankelijk van het vermogen van het geïnstalleerde toestel, een van tevoren vastgesteld subsidiebedrag ontvangt. De kleine zakelijke markt kent van de ISDE een eigen variant, waarbij de apparatuur die in aanmerking komt hetzelfde is, maar het aanvraagtraject anders is ingericht.” Verwarrend, beaamt de energiemanager en consultant. “Veel ondernemers ontdekken daardoor pas later dat je bij deze subsidie vooraf al je plannen en intentie om te verduurzamen moet doorgeven. Achteraf vallen ze dan buiten de boot.”

Fiscale regelingen

De energie-investeringsaftrek (EIA), gekoppeld aan de Energielijst, is in het leven geroepen voor ondernemers die inkomsten- of vennootschapsbelasting betalen. Deze complexere schikking is officieel geen subsidie, maar een fiscale regeling. Ringelberg legt uit: “Bedrijven krijgen daarbij geen bedrag op de rekening gestort, maar kunnen de investering deels aftrekken bij de belastingaangifte.” Bedrijven zien de voordelen ervan dus pas later terug in de cijfers. Het netto voordeel van de EIA ligt rond de 10%. In veel gevallen lijkt de ISDE dus meer voordeel te bieden. Dit verschilt echter per situatie. Volgens Ringelberg is met name de EIA interessant voor nieuwbouwprojecten. “Want waar de ISDE enkel voor bestaande panden geldt en dus loont voor renovaties, is de EIA als enige toepasbaar bij nieuwbouwprojecten.”

Optimaal profiteren

In een markt waar financiële resultaten vaak domineren, zoekt men bij nieuwe investeringen al snel naar manieren om er onder de streep zo gunstig mogelijk uit te komen. Landelijke subsidies en een lagere energierekening maken verduurzamen aantrekkelijker. Ook op gemeentelijk niveau kan men voor subsidies aankloppen, met name op het gebied van isolatie. Ringelberg raadt daarom iedereen aan, zowel particulier als ondernemer, om in de zoektocht naar fiscale voordelen ook goed te kijken naar de mogelijkheden binnen de gemeente. Een combinatie of stapeling van landelijke en gemeentelijke regelingen loont immers.

Ringelbergs’ advies? “In het land der subsidies wordt het vaak moeilijker gemaakt dan het lijkt. Zijn tip is wel dat elke opdrachtgever, voordat hij of zij overgaat tot de aanschaf van een duurzaam apparaat, alvast nadenkt over de subsidiekansen en deze in kaart brengt. Daarmee heb je de financiële mogelijkheden overzichtelijk geordend en loop je geen kansen mis.”