Artikel

‘Evenwicht vinden tussen kwaliteitsverbetering en lastenverzwaring’

Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb); van beloftes naar bewijslast.

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) is al vaak uitgesteld, maar nu moeten we er toch echt aan geloven. Op 1 januari 2024 gaat de wet in die moet zorgen voor betere bouwkwaliteit, minder faalkosten en een sterkere positie voor opdrachtgevers. Adviesbureau DWA is er klaar voor. Met BRL 5019-certificering voor installaties, brandveiligheid, bouwfysica en uitvoeringscontrole, kan DWA bij elk project laten zien dat op die onderdelen aan de eisen van het Bouwbesluit is voldaan. In pilots oefent DWA al met de werkwijze.

Meer weten?

 

Neem contact op met de specialisten van Remeha als je meer wilt weten over onze warmtepompen en ondersteunende service of als je specifieke vragen hebt.

Artikel: Wet Kwaliteitsborging.

Volgende

09

DWA bedenkt slimme en duurzame oplossingen voor gebouwen en gebieden. Het bedrijf ontwerpt bijvoorbeeld warmtenetten en slimme gebouwen, controleert op de ontwerpeisen bij de uitvoering van projecten en optimaliseert de prestaties van installaties door ze constant te monitoren.

Jaap Neeleman

Commissioning Manager

Petra Plug

Juridisch specialist bij DWA

Petra Plug is juridisch specialist bij DWA, Jaap Neeleman Commissioning Manager. Beide functies hebben raakvlakken met de Wkb. Ze leggen uit waarom de overheid de wet nodig vond, waarom die zo lang op zich laat wachten en hoe de bouwpraktijk erdoor zal veranderen. “In de huidige praktijk houden gemeenten toezicht op de naleving van het Bouwbesluit. Maar gebouwen worden steeds ingewikkelder en veel gemeenten hebben niet genoeg specialisten en ervaring in huis om daar wezenlijk iets van te vinden. En uiteindelijk is het de markt die verantwoordelijk is voor de opgeleverde kwaliteit bij oplevering en de gevolgen van gebreken. De Wkb legt de verantwoordelijkheid en juridische aansprakelijkheid nu steviger neer bij de markt. Aannemers moeten zelf gaan bewijzen dat materialen, constructies en installaties voldoen aan wetten en regels; onafhankelijke kwaliteitsborgers gaan dat controleren. Deze werkwijze moet leiden tot hogere kwaliteit, minder constructiefouten en beter functionerende installaties.”

Gefaseerde invoering

 

Aan de Wkb is bijna twintig jaar gewerkt. Maar omdat die gekoppeld is aan de Omgevingswet – een wet die veel voeten in aarde heeft – kan kwaliteitsborging pas van kracht worden als ook de Omgevingswet is ingegaan. Het grote struikelblok voor invoering van de Omgevingswet was het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), waar gemeenten mee moeten gaan werken. Nu dat op orde is, gaat het er na vijf keer uitstel eindelijk van komen. Op 1 januari 2024 gaat de Wkb in voor nieuwbouw in gevolgklasse 1, ofwel: grondgebonden woningen en eenvoudige bedrijfsgebouwen tot twee verdiepingen. Een half jaar later geldt die ook voor renovaties van dit type gebouwen. Wanneer de wet ingaat voor gebouwen uit gevolgklasse 2 en 3, is nog niet duidelijk. Onder klasse 2 vallen gebouwen tot 70 meter hoog, klasse 3 omvat complexe gebouwen, zoals stadions, ziekenhuizen, musea en bouwwerken die hoger zijn dan 70 meter.

Van beloftes naar bewijslast

 

Met de invoering van de Wkb, komen alle gebreken voor rekening van de aannemer of installateur, ook als die pas ná de oplevering aan het licht komen. Tenzij je kunt aantonen dat jou geen blaam treft. Daarom wordt het heel belangrijk om aan de hand van checklists een opleverdossier op te bouwen. Jaap: “In de ontwerpfase vraagt de opdrachtgever de omgevingsvergunning aan, de gemeente toetst of er een kwaliteitsborger is aangesteld. Vervolgens wordt er een borgingsplan opgesteld door de kwaliteitsborger, gebaseerd op de stukken die de aannemer aanlevert. Dat zijn bijvoorbeeld goedgekeurde tekeningen en constructie- en capaciteitsberekeningen, die aantonen dat voldaan wordt aan bijvoorbeeld de juiste isolatiewaardes en het waternet voldoet aan de NEN 1006. De kwaliteitsborger zoekt daarin naar de mogelijke kwaliteitsrisico’s en gaat vervolgens vooral daar op controleren. Nu geeft de gemeente vergunningen af op de beloftes van ‘goed gedrag’. Straks moeten aannemers dat dus al aan de voorkant aantonen.”

Kwaliteitsgaranties

 

Tijdens het bouwproces wordt het dossier aangevuld met foto’s, beschrijvingen, controle- en prestatierapporten. Hoe meer ‘kwaliteitsgaranties’ er in het dossier zitten, hoe minder controles de borger zelf uit hoeft te voeren, wat kosten uitspaart. Ook leveranciers hebben een verantwoordelijkheid in dit proces. Zo zal Remeha aannemers helpen door (montage)garanties en certificaten mee te geven met haar producten, net als gebruiks- en onderhoudsinstructies. Het zal ook vaker aan de voorkant van een project meekijken of bijvoorbeeld een warmtepomp juist wordt toegepast om het beloofde systeemrendement te halen.

“De Wkb bestaat uit twee delen: de onafhankelijke kwaliteitsborgers en de aanpassing van het Burgerlijk Wetboek ten aanzien van de aansprakelijkheid van de aannemer.”

Zwaardere aansprakelijkheid en opschortingsrecht

 

Petra wijst ook op de juridische haken en ogen van de wet. “De Wkb bestaat uit twee delen: de onafhankelijke kwaliteitsborgers en de aanpassing van het Burgerlijk Wetboek ten aanzien van de aansprakelijkheid van de aannemer. Die aansprakelijkheid wordt zwaarder, vooral ten aanzien van particulieren. Een aannemer kan dan niet meer zeggen: je had het gebrek moeten zien bij de oplevering, nu is het te laat, draai er zelf maar voor op. Nee, je blijft aansprakelijk, ook voor onderaannemers. Aannemers zullen – als eindverantwoordelijke – de verzwaarde aansprakelijkheid die betrekking heeft op het werk van onderaannemers, verwerken in de contracten met deze onderaannemers. Daarnaast is het op dit moment zo dat de laatste 5% van de aanneemsom voor drie maanden in depot bij de notaris kan worden gestort. Deze regeling wordt uitgebreid. De aannemer moet in de tweede maand na oplevering schriftelijk aan zijn particuliere opdrachtgever vragen of hij gebruik wil maken van zijn opschortingsrecht. Als dat het geval is, kan de 5% langer dan drie maanden in depot worden gehouden.”

Hoogste tijd voor actie

 

“Er wordt best wat gevraagd van de markt,” zegt Jaap. “Veel aannemers zagen uitstel op uitstel en hebben gewacht tot het licht op groen ging. Nu is het echt de hoogste tijd om er mee aan de slag te gaan. Door de eigen processen zo in te richten dat ze serieus werk kunnen maken van de dossieropbouw, door checklists te maken waarmee ze de vereisten één voor één af kunnen werken en door vaker eigen kwaliteitscontroles te houden. Zelf hebben wij door het herhaaldelijk uitstellen van de Omgevingswet ook  afgewacht, maar we wilden uiteindelijk toch gaan ervaren wat het nu eigenlijk inhoudt en met zich meebrengt. We hebben nu BRL 5019-certificering voor installaties, brandveiligheid, bouwfysica en uitvoeringscontrole in huis. Daarmee kunnen we op projecten gecertificeerde dossiers opleveren waarmee de klant aan de externe kwaliteitsborger kan laten zien dat op onze onderdelen aan de eisen van het Bouwbesluit is voldaan.” “Het is een soort kwaliteitsgarantie van ons werk. De kwaliteitsborger hoeft ons werk dus minder of helemaal niet te toetsen,” vult Petra aan. DWA koos voor BRL 5019 omdat dit instrument met name gericht is op grotere projecten. Maar er zijn meer instrumenten, zoals het Woningborg Kwaliteitsborging Instrument (WKI) voor rijtjeswoningen.

Nog in de kinderschoenen

 

Inmiddels oefent DWA al in pilotprojecten met de nieuwe werkwijze. Vooral om te ervaren waar ze nog tegenaan lopen in de praktijk. En dat is best veel, ervaart Jaap. “De werkwijze binnen de bouwkolom staat nog in de kinderschoenen. Lang niet alle documentatie is beschikbaar, de tools zijn nog niet optimaal en de samenwerking tussen de betrokken partijen onderling en met de kwaliteitsborger is nog onwennig. Echt vlotjes loopt het daardoor nog niet.” Hij wijst daarnaast op het risico van de opstapeling van controleurs en controlemomenten. “Het bouwproces wordt er niet goedkoper en efficiënter van als er één controleur over de vloer komt voor de BENG-berekening, één voor de BREEAM-certificering en één voor de Wkb. Ze kijken deels naar dezelfde dingen, maar met een andere bril. Een integrale aanpak zou een goede oplossing bieden.”

Papieren werkelijkheid

 

De toekomst zal uitwijzen of de Wkb het gewenste effect gaat hebben. Dat hangt grotendeels af van de interne procesinrichting en standaardisering van informatiestromen, geven Petra en Jaap aan. Jaap: “Als je te weinig vastlegt, voelt de borger zich niet comfortabel, als je te veel vastlegt wordt het systeem te zwaar en te duur. Het moet geen papieren werkelijkheid worden. Vastlegging heeft weinig zin als het niet tot een echte kwaliteitsslag leidt. We gaan het de komende tijd ontdekken.” Petra: “We moeten een evenwicht gaan vinden tussen kwaliteitsverbetering en de last die dat met zich meebrengt.”

“We moeten een evenwicht gaan vinden tussen kwaliteits-verbetering en de last die dat met zich meebrengt.”

Remeha en DWA

Remeha en DWA werken geregeld samen. Remeha engineert het klimaatsysteem en verzorgt de levering en installatie van het bodemenergiesysteem, de warmtepompen en de vloerverwarming. DWA brengt technische en juridische adviezen in, vanaf de tekentafel tot aan de exploitatie. Ook monitort DWA de prestaties van de installaties.

Wet kwaliteitsborging voor

het bouwen (Wkb); van beloftes naar bewijslast.

‘Evenwicht vinden tussen kwaliteits-verbetering en lastenverzwaring’

Artikel

Artikel

Elke dag

kunnen

rekenen op
de service van Remeha.

De Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) is al vaak uitgesteld, maar nu moeten we er toch echt aan geloven. Op 1 januari 2024 gaat de wet in die moet zorgen voor betere bouwkwaliteit, minder faalkosten en een sterkere positie voor opdrachtgevers. Adviesbureau DWA is er klaar voor. Met BRL 5019-certificering voor installaties, brandveiligheid, bouwfysica en uitvoeringscontrole, kan DWA bij elk project laten zien dat op die onderdelen aan de eisen van het Bouwbesluit is voldaan. In pilots oefent DWA al met de werkwijze.

DWA bedenkt slimme en duurzame oplossingen voor gebouwen en gebieden. Het bedrijf ontwerpt bijvoorbeeld warmtenetten en slimme gebouwen, controleert op de ontwerpeisen bij de uitvoering van projecten en optimaliseert de prestaties van installaties door ze constant te monitoren.

Petra Plug

Juridisch specialist bij DWA

Jaap Neeleman

Commissioning Manager

Petra Plug is juridisch specialist bij DWA, Jaap Neeleman Commissioning Manager. Beide functies hebben raakvlakken met de Wkb. Ze leggen uit waarom de overheid de wet nodig vond, waarom die zo lang op zich laat wachten en hoe de bouwpraktijk erdoor zal veranderen. “In de huidige praktijk houden gemeenten toezicht op de naleving van het Bouwbesluit. Maar gebouwen worden steeds ingewikkelder en veel gemeenten hebben niet genoeg specialisten en ervaring in huis om daar wezenlijk iets van te vinden. En uiteindelijk is het de markt die verantwoordelijk is voor de opgeleverde kwaliteit bij oplevering en de gevolgen van gebreken. De Wkb legt de verantwoordelijkheid en juridische aansprakelijkheid nu steviger neer bij de markt. Aannemers moeten zelf gaan bewijzen dat materialen, constructies en installaties voldoen aan wetten en regels; onafhankelijke kwaliteitsborgers gaan dat controleren. Deze werkwijze moet leiden tot hogere kwaliteit, minder constructiefouten en beter functionerende installaties.”

Gefaseerde invoering

 

Aan de Wkb is bijna twintig jaar gewerkt. Maar omdat die gekoppeld is aan de Omgevingswet – een wet die veel voeten in aarde heeft – kan kwaliteitsborging pas van kracht worden als ook de Omgevingswet is ingegaan. Het grote struikelblok voor invoering van de Omgevingswet was het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), waar gemeenten mee moeten gaan werken. Nu dat op orde is, gaat het er na vijf keer uitstel eindelijk van komen. Op 1 januari 2024 gaat de Wkb in voor nieuwbouw in gevolgklasse 1, ofwel: grondgebonden woningen en eenvoudige bedrijfsgebouwen tot twee verdiepingen. Een half jaar later geldt die ook voor renovaties van dit type gebouwen. Wanneer de wet ingaat voor gebouwen uit gevolgklasse 2 en 3, is nog niet duidelijk. Onder klasse 2 vallen gebouwen tot 70 meter hoog, klasse 3 omvat complexe gebouwen, zoals stadions, ziekenhuizen, musea en bouwwerken die hoger zijn dan 70 meter.

Van beloftes naar bewijslast

 

Met de invoering van de Wkb, komen alle gebreken voor rekening van de aannemer of installateur, ook als die pas ná de oplevering aan het licht komen. Tenzij je kunt aantonen dat jou geen blaam treft. Daarom wordt het heel belangrijk om aan de hand van checklists een opleverdossier op te bouwen. Jaap: “In de ontwerpfase vraagt de opdrachtgever de omgevingsvergunning aan, de gemeente toetst of er een kwaliteitsborger is aangesteld. Vervolgens wordt er een borgingsplan opgesteld door de kwaliteitsborger, gebaseerd op de stukken die de aannemer aanlevert. Dat zijn bijvoorbeeld goedgekeurde tekeningen en constructie- en capaciteitsberekeningen, die aantonen dat voldaan wordt aan bijvoorbeeld de juiste isolatiewaardes en het waternet voldoet aan de NEN 1006. De kwaliteitsborger zoekt daarin naar de mogelijke kwaliteitsrisico’s en gaat vervolgens vooral daar op controleren. Nu geeft de gemeente vergunningen af op de beloftes van ‘goed gedrag’. Straks moeten aannemers dat dus al aan de voorkant aantonen.”

Kwaliteitsgaranties

 

Tijdens het bouwproces wordt het dossier aangevuld met foto’s, beschrijvingen, controle- en prestatierapporten. Hoe meer ‘kwaliteitsgaranties’ er in het dossier zitten, hoe minder controles de borger zelf uit hoeft te voeren, wat kosten uitspaart. Ook leveranciers hebben een verantwoordelijkheid in dit proces. Zo zal Remeha aannemers helpen door (montage)garanties en certificaten mee te geven met haar producten, net als gebruiks- en onderhoudsinstructies. Het zal ook vaker aan de voorkant van een project meekijken of bijvoorbeeld een warmtepomp juist wordt toegepast om het beloofde systeemrendement te halen.

“De Wkb bestaat uit twee delen: de onafhankelijke kwaliteitsborgers en de aanpassing van het Burgerlijk Wetboek ten aanzien van de aansprakelijkheid van de aannemer.”

Zwaardere aansprakelijkheid en opschortingsrecht

 

Petra wijst ook op de juridische haken en ogen van de wet. “De Wkb bestaat uit twee delen: de onafhankelijke kwaliteitsborgers en de aanpassing van het Burgerlijk Wetboek ten aanzien van de aansprakelijkheid van de aannemer. Die aansprakelijkheid wordt zwaarder, vooral ten aanzien van particulieren. Een aannemer kan dan niet meer zeggen: je had het gebrek moeten zien bij de oplevering, nu is het te laat, draai er zelf maar voor op. Nee, je blijft aansprakelijk, ook voor onderaannemers. Aannemers zullen – als eindverantwoordelijke – de verzwaarde aansprakelijkheid die betrekking heeft op het werk van onderaannemers, verwerken in de contracten met deze onderaannemers. Daarnaast is het op dit moment zo dat de laatste 5% van de aanneemsom voor drie maanden in depot bij de notaris kan worden gestort. Deze regeling wordt uitgebreid. De aannemer moet in de tweede maand na oplevering schriftelijk aan zijn particuliere opdrachtgever vragen of hij gebruik wil maken van zijn opschortingsrecht. Als dat het geval is, kan de 5% langer dan drie maanden in depot worden gehouden.”

Hoogste tijd voor actie

 

“Er wordt best wat gevraagd van de markt,” zegt Jaap. “Veel aannemers zagen uitstel op uitstel en hebben gewacht tot het licht op groen ging. Nu is het echt de hoogste tijd om er mee aan de slag te gaan. Door de eigen processen zo in te richten dat ze serieus werk kunnen maken van de dossieropbouw, door checklists te maken waarmee ze de vereisten één voor één af kunnen werken en door vaker eigen kwaliteitscontroles te houden. Zelf hebben wij door het herhaaldelijk uitstellen van de Omgevingswet ook  afgewacht, maar we wilden uiteindelijk toch gaan ervaren wat het nu eigenlijk inhoudt en met zich meebrengt. We hebben nu BRL 5019-certificering voor installaties, brandveiligheid, bouwfysica en uitvoeringscontrole in huis. Daarmee kunnen we op projecten gecertificeerde dossiers opleveren waarmee de klant aan de externe kwaliteitsborger kan laten zien dat op onze onderdelen aan de eisen van het Bouwbesluit is voldaan.” “Het is een soort kwaliteitsgarantie van ons werk. De kwaliteitsborger hoeft ons werk dus minder of helemaal niet te toetsen,” vult Petra aan. DWA koos voor BRL 5019 omdat dit instrument met name gericht is op grotere projecten. Maar er zijn meer instrumenten, zoals het Woningborg Kwaliteitsborging Instrument (WKI) voor rijtjeswoningen.

Nog in de kinderschoenen

 

Inmiddels oefent DWA al in pilotprojecten met de nieuwe werkwijze. Vooral om te ervaren waar ze nog tegenaan lopen in de praktijk. En dat is best veel, ervaart Jaap. “De werkwijze binnen de bouwkolom staat nog in de kinderschoenen. Lang niet alle documentatie is beschikbaar, de tools zijn nog niet optimaal en de samenwerking tussen de betrokken partijen onderling en met de kwaliteitsborger is nog onwennig. Echt vlotjes loopt het daardoor nog niet.” Hij wijst daarnaast op het risico van de opstapeling van controleurs en controlemomenten. “Het bouwproces wordt er niet goedkoper en efficiënter van als er één controleur over de vloer komt voor de BENG-berekening, één voor de BREEAM-certificering en één voor de Wkb. Ze kijken deels naar dezelfde dingen, maar met een andere bril. Een integrale aanpak zou een goede oplossing bieden.”

“We moeten een evenwicht gaan vinden tussen kwaliteits-verbetering en de last die dat met zich meebrengt.”

Papieren werkelijkheid

 

De toekomst zal uitwijzen of de Wkb het gewenste effect gaat hebben. Dat hangt grotendeels af van de interne procesinrichting en standaardisering van informatiestromen, geven Petra en Jaap aan. Jaap: “Als je te weinig vastlegt, voelt de borger zich niet comfortabel, als je te veel vastlegt wordt het systeem te zwaar en te duur. Het moet geen papieren werkelijkheid worden. Vastlegging heeft weinig zin als het niet tot een echte kwaliteitsslag leidt. We gaan het de komende tijd ontdekken.” Petra: “We moeten een evenwicht gaan vinden tussen kwaliteitsverbetering en de last die dat met zich meebrengt.”

Remeha en DWA

Remeha en DWA werken geregeld samen. Remeha engineert het klimaatsysteem en verzorgt de levering en installatie van het bodemenergiesysteem, de warmtepompen en de vloerverwarming. DWA brengt technische en juridische adviezen in, vanaf de tekentafel tot aan de exploitatie. Ook monitort DWA de prestaties van de installaties.

Meer weten?

 

Neem contact op met de specialisten van Remeha als je meer wilt weten over onze warmte-pompen en ondersteunende service of als je specifieke vragen hebt.

09