Het debat

Twee vragen, twee personen & twee meningen.

Leren van debatteren.

Leren van debatteren.

Volgende

10

Dirk Ockhuizen

Directeur van
Fortes Energy Systems

Ruud Dorlandt

Business developer bij Eteck

De installatie- en bouwwereld kent veel verschillende marktpartijen die intensief met elkaar samenwerken. Over het algemeen doen zij dit in goede harmonie, samen strevend naar het beste resultaat. Toch betekent dit niet dat hun meningen altijd exact dezelfde zijn. En dat is maar goed ook, want zo houden we elkaar scherp en leren we van elkaar. Dat is precies wat wij in ‘ons debat’ nastreven. We stellen twee vragen, aan twee personen die elk hun mening geven. In deze aflevering stellen we de vragen aan Dirk Ockhuizen, directeur van Fortes Energy Systems en Ruud Dorlandt, business developer bij Eteck.

Hoe ziet u de toekomst van warmtenetten in de verduurzaming van Nederland?

Dirk Ockhuizen: We willen onze energievoorziening verduurzamen, en dat betekent dat we het grootste deel van onze energie met zon en wind willen opwekken. Omdat deze bronnen niet altijd in voldoende of dezelfde hoeveelheid voorhanden zijn, zullen we deze elektriciteit in toenemende mate bufferen in opgewekte koude en warmte. Energie die we dan later weer gebruiken. Daarnaast komen er steeds meer alternatieve en duurzame warmte- en koudestromen beschikbaar. Denk aan proceswater, opgewarmd koelwater van datacenters, enzovoorts. Aquathermie, geothermie en zonthermie nemen eveneens een substantieel deel van onze energievoorziening voor hun rekening. Al die gebufferde warmte en koude kunnen we het meest efficiënt via warmte- en koudenetten naar afnemers transporteren. Soms via grote regionale netten maar ook, steeds vaker, via micro- of buurtnetten. Dat deze vorm van energiedistributie de komende jaren fors groeit, staat voor mij vast.

Ruud Dorlandt: Warmtenetten zijn van cruciaal belang bij het verduurzamen van de warmte- en koudevraag in Nederland. Net als alle andere vormen van collectieve en individuele oplossingen die we nodig hebben om deze ambitieuze opgave in te vullen. Warmtenetten zijn een geweldige oplossing in combinatie met duurzame bronnen uit de omgeving. Wij kiezen voor lokale warmtenetten om wijken of gebieden duurzaam te verwarmen en te koelen. We vinden het ook onlogisch om warmte over grote afstanden te transporteren. Vaak zijn er al ‘om de hoek’ duurzame bronnen beschikbaar, denk aan supermarkten of een waterplas. Daarom kijken wij in elke situatie wat in die omgeving de beste oplossing is. Soms liggen er al netten of bronnen die een overcapaciteit hebben en kom je op alternatieven die bijzondere kansen bieden. Zo gebruiken we in Delft het Reinier de Graaf Gasthuis als bron. Met alle overtollige warmte die in dat gebouw vrijkomt, voeden we een lokaal netwerk waarmee we ruim 350 woningen direct naast het ziekenhuis voorzien van duurzame warmte en koude. Uiteindelijk zijn warmte- en koudenetten een belangrijk onderdeel van de grote maatschappelijke opgave. Daarin hebben alle betrokken partijen een rol te vervullen; de overheid, de fabrikanten, de belangenorganisaties en wij als warmtebedrijven. Daarom zoeken wij als Eteck actief naar nieuwe samenwerkingsvormen, waarbij transparantie en vertrouwen de basis vormen om de versnelling van de energietransitie in beweging te zetten.

Op welke manier ziet u een belangrijke rol weggelegd voor warmteafgiftesets?

Dirk Ockhuizen: Als leverancier van afgiftesets voor warmte en koude zien wij natuurlijk erg veel mogelijkheden. Dat is ook een heel logisch gevolg van mijn antwoord op de vorige vraag. Als warmte- en koudeopslag groeien, en daarmee ook de distributie van warmte en koude, neemt ook de vraag naar afgiftesets toe. Wij verwachten dat steeds meer collectieve woongebouwen, appartementen, portiekflats, maar bijvoorbeeld ook rijwoningen, aan een collectief distributiesysteem voor warmte en koude worden gekoppeld. In al die gevallen zullen de individuele woningen een afgifteset nodig hebben. Eigenlijk biedt elk gebouw dat nu nog over een centraal ketelhuis beschikt een prima gelegenheid voor een collectieve warmtepomp of een aansluiting op een warmte- en koudenet. Via distributieleidingen zullen wij dan met afgiftesets, eventueel in combinatie met een boosterboiler voor tapwater, op een slimme en intelligente manier de woningen van verwarming, koeling en warm tapwater voorzien. Deze toestellen zijn de afgelopen jaren al fors doorontwikkeld en geëvolueerd en die ontwikkeling is nog niet tot stilstand gekomen. Wij hebben veel kennis en kunde in huis en de markt kan dan ook nog veel innovaties van ons verwachten.

Ruud Dorlandt: Als je het ons vraagt dan heeft de warmteafgifteset in 2030 dezelfde rol als die van de hr-ketel nu. Daarmee bedoel ik dat hij (vrijwel) altijd probleemloos functioneert, dat hij betaalbaar en onderhoudsvriendelijk is en voor de consument zeer gebruiksvriendelijk. Nu is de afgifteset soms nog een ingewikkeld ding, terwijl hij juist slim en eenvoudig te regelen moet zijn. Wij hebben behoefte aan afgiftesets die op vraag en aanbod kunnen regelen en eentje die wordt ondersteund door een consumenten-app. Zo kunnen afgiftesets een cruciale rol vervullen tussen enerzijds het goed presteren van het warmte- en koudenet en anderzijds een optimaal comfort voor de eindgebruiker garanderen. Daarnaast willen wij dat alle afgiftesets, die we nu en in de toekomst ophangen, multi-inzetbaar zijn. Dus één standaardoplossing die we voor systemen met hoge temperatuur, midden temperatuur of lage temperaturen kunnen gebruiken. Misschien moeten we daarvoor een kleine component vervangen of de regeling aanpassen, maar uit het oogpunt van circulariteit moet het niet nodig zijn om steeds weer toestellen te vervangen. Ook dit is een verantwoordelijkheid voor de hele keten. Wij werken daarom ook samen met partijen als Remeha om tot een optimale invulling van de klantvraag te komen. Zo dragen wij ons steentje bij om te komen tot maximale CO2-reductie om van daaruit stap voor stap naar nul CO2-uitstoot te gaan.

Het debat

Twee vragen, twee personen & twee meningen.

Leren van debatteren.

Dirk Ockhuizen

Directeur van
Fortes Energy Systems

Ruud Dorlandt

Business developer bij Eteck

De installatie- en bouwwereld kent veel verschillende marktpartijen die intensief met elkaar samenwerken. Over het algemeen doen zij dit in goede harmonie, samen strevend naar het beste resultaat. Toch betekent dit niet dat hun meningen altijd exact dezelfde zijn. En dat is maar goed ook, want zo houden we elkaar scherp en leren we van elkaar. Dat is precies wat wij in ‘ons debat’ nastreven. We stellen twee vragen, aan twee personen die elk hun mening geven. In deze aflevering stellen we de vragen aan Dirk Ockhuizen, directeur van Fortes Energy Systems en Ruud Dorlandt, business developer bij Eteck.

Hoe ziet u de toekomst van warmtenetten in de verduurzaming van Nederland?

Dirk Ockhuizen: We willen onze energievoorziening verduurzamen, en dat betekent dat we het grootste deel van onze energie met zon en wind willen opwekken. Omdat deze bronnen niet altijd in voldoende of dezelfde hoeveelheid voorhanden zijn, zullen we deze elektriciteit in toenemende mate bufferen in opgewekte koude en warmte. Energie die we dan later weer gebruiken. Daarnaast komen er steeds meer alternatieve en duurzame warmte- en koudestromen beschikbaar. Denk aan proceswater, opgewarmd koelwater van datacenters, enzovoorts. Aquathermie, geothermie en zonthermie nemen eveneens een substantieel deel van onze energievoorziening voor hun rekening. Al die gebufferde warmte en koude kunnen we het meest efficiënt via warmte- en koudenetten naar afnemers transporteren. Soms via grote regionale netten maar ook, steeds vaker, via micro- of buurtnetten. Dat deze vorm van energiedistributie de komende jaren fors groeit, staat voor mij vast.

Ruud Dorlandt: Warmtenetten zijn van cruciaal belang bij het verduurzamen van de warmte- en koudevraag in Nederland. Net als alle andere vormen van collectieve en individuele oplossingen die we nodig hebben om deze ambitieuze opgave in te vullen. Warmtenetten zijn een geweldige oplossing in combinatie met duurzame bronnen uit de omgeving. Wij kiezen voor lokale warmtenetten om wijken of gebieden duurzaam te verwarmen en te koelen. We vinden het ook onlogisch om warmte over grote afstanden te transporteren. Vaak zijn er al ‘om de hoek’ duurzame bronnen beschikbaar, denk aan supermarkten of een waterplas. Daarom kijken wij in elke situatie wat in die omgeving de beste oplossing is. Soms liggen er al netten of bronnen die een overcapaciteit hebben en kom je op alternatieven die bijzondere kansen bieden. Zo gebruiken we in Delft het Reinier de Graaf Gasthuis als bron. Met alle overtollige warmte die in dat gebouw vrijkomt, voeden we een lokaal netwerk waarmee we ruim 350 woningen direct naast het ziekenhuis voorzien van duurzame warmte en koude. Uiteindelijk zijn warmte- en koudenetten een belangrijk onderdeel van de grote maatschappelijke opgave. Daarin hebben alle betrokken partijen een rol te vervullen; de overheid, de fabrikanten, de belangenorganisaties en wij als warmtebedrijven. Daarom zoeken wij als Eteck actief naar nieuwe samenwerkingsvormen, waarbij transparantie en vertrouwen de basis vormen om de versnelling van de energietransitie in beweging te zetten.

Op welke manier ziet u een belangrijke rol weggelegd voor warmteafgiftesets?

Dirk Ockhuizen: Als leverancier van afgiftesets voor warmte en koude zien wij natuurlijk erg veel mogelijkheden. Dat is ook een heel logisch gevolg van mijn antwoord op de vorige vraag. Als warmte- en koudeopslag groeien, en daarmee ook de distributie van warmte en koude, neemt ook de vraag naar afgiftesets toe. Wij verwachten dat steeds meer collectieve woongebouwen, appartementen, portiekflats, maar bijvoorbeeld ook rijwoningen, aan een collectief distributiesysteem voor warmte en koude worden gekoppeld. In al die gevallen zullen de individuele woningen een afgifteset nodig hebben. Eigenlijk biedt elk gebouw dat nu nog over een centraal ketelhuis beschikt een prima gelegenheid voor een collectieve warmtepomp of een aansluiting op een warmte- en koudenet. Via distributieleidingen zullen wij dan met afgiftesets, eventueel in combinatie met een boosterboiler voor tapwater, op een slimme en intelligente manier de woningen van verwarming, koeling en warm tapwater voorzien. Deze toestellen zijn de afgelopen jaren al fors doorontwikkeld en geëvolueerd en die ontwikkeling is nog niet tot stilstand gekomen. Wij hebben veel kennis en kunde in huis en de markt kan dan ook nog veel innovaties van ons verwachten.

Ruud Dorlandt: Als je het ons vraagt dan heeft de warmteafgifteset in 2030 dezelfde rol als die van de hr-ketel nu. Daarmee bedoel ik dat hij (vrijwel) altijd probleemloos functioneert, dat hij betaalbaar en onderhoudsvriendelijk is en voor de consument zeer gebruiksvriendelijk. Nu is de afgifteset soms nog een ingewikkeld ding, terwijl hij juist slim en eenvoudig te regelen moet zijn. Wij hebben behoefte aan afgiftesets die op vraag en aanbod kunnen regelen en eentje die wordt ondersteund door een consumenten-app. Zo kunnen afgiftesets een cruciale rol vervullen tussen enerzijds het goed presteren van het warmte- en koudenet en anderzijds een optimaal comfort voor de eindgebruiker garanderen. Daarnaast willen wij dat alle afgiftesets, die we nu en in de toekomst ophangen, multi-inzetbaar zijn. Dus één standaardoplossing die we voor systemen met hoge temperatuur, midden temperatuur of lage temperaturen kunnen gebruiken. Misschien moeten we daarvoor een kleine component vervangen of de regeling aanpassen, maar uit het oogpunt van circulariteit moet het niet nodig zijn om steeds weer toestellen te vervangen. Ook dit is een verantwoordelijkheid voor de hele keten. Wij werken daarom ook samen met partijen als Remeha om tot een optimale invulling van de klantvraag te komen. Zo dragen wij ons steentje bij om te komen tot maximale CO2-reductie om van daaruit stap voor stap naar nul CO2-uitstoot te gaan.

10