Hoofdartikel

Er valt

altijd wat

te leren.

De installatiebranche zoekt naarstig naar extra handjes. Techniek Nederland concludeerde* afgelopen jaar dat de branche tot 2025 mede dankzij zij-instromers en instromers vanuit het onderwijs groeit, maar niet genoeg om de vraag bij te kunnen houden. Opleiders hebben er hun handen vol aan en houden ondertussen hun eigen kennis op peil met behulp van kennispartners uit het werkveld en studiereizen naar binnen- en buitenland. Zo proberen ze elk hun steentje bij te dragen.

Het Deltion College in Zwolle doet dat met betekenisvol, helder en transparant onderwijs. Angela Elting is opleidingsmanager Installeren bij het Deltion College en krijgt dagelijks te maken met de diverse uitdagingen in haar vakgebied: “We willen dat onze studenten zich kunnen ontwikkelen tot autonome, vakbekwame beroepsbeoefenaars en eigenaarschap ontwikkelen om mee te gaan met de snel veranderende technische ontwikkelingen. Tegelijkertijd moeten ook wij achter de schermen onze kennis van het vakgebied up-to-date houden, krijgen we te maken met een snel veranderende beroepscontext én volgen de innovaties op het gebied van de energietransitie elkaar snel op. Dat laatste daagt ons niet enkel uit op het gebied van kennis, maar vraagt ook om een rigoureuze verbouwing van de praktijkruimtes. Gelukkig hebben we op ieder van die vraagstukken een, soms zelfs internationaal, antwoord.”

Samenwerken met de vakmensen

“We kunnen daarbij niet zonder elkaar”, begint Arjan Breunis, senior docent MBO E&W installaties aan het Deltion College. “Partners waaronder Remeha en Intergas staan aan de wieg van de ontwikkelingen en nieuwe toestellen waarvan wij op de hoogte moeten blijven. Daarnaast zijn zij degene die ons kunnen helpen met gastlessen, excursies en de inrichting van de praktijklokalen. Dag in dag uit werken we samen met de mensen uit de praktijk en ontwikkelen we ook onszelf door trainingen te blijven volgen. Op die manier zoeken we met z’n allen naar de perfecte balans tussen scholing en het uitoefenen van het vak.”

Met zijn meer dan 30 jaar ervaring is Dick van Dijk één van de meest doorgewinterde technische trainers bij Remeha. Hij herkent veel van wat Elting en Breunis vertellen.

“Als we allemaal in onze eigen bubbel blijven, boek je nooit vooruitgang. Dat terwijl we zoveel van elkaar kunnen leren.”

Gluren bij de buren

Dat evenwicht bereik je niet door binnen te blijven. “Daarom bezoeken we alle bedrijven waar onze studenten werken en jaarlijks beurzen zoals de VSK in Utrecht en de Installatie Vakdagen in Hardenberg”, vertelt Elting. Op die manier blijven we op de hoogte van wat er speelt en houden we contact met de branche. In dat kader nemen we trouwens ook deel aan diverse overleggen met andere scholen en onderwijsclusters gekoppeld aan de MBO-raad. Zij organiseren regelmatig excursies (zoals laatst hoe de energietransitie vorm gegeven wordt in Duitsland) en andere bijeenkomsten ter inspiratie. En dat werpt z’n vruchten af, want meer dan eens komen we met nieuwe ideeën terug. Uiteraard komt het ook voor dat we tijdens zo’n reis enkel de bevestiging krijgen dat we het eigenlijk helemaal zo slecht nog niet doen.”

Scholing & training volgens Remeha.

Het trainingsteam van Remeha kent vele trainers, waaronder Dick van Dijk en Ronny Bloemen. Als onderdeel van Trainingscentrum Benelux leren zij op hun beurt van Vlaamse collega Jos Kiesekoms én stomen ze samen met andere opleiders en bedrijven (zij-)instromers klaar voor een beroep in de installatiebranche.

Remeha Nederland vs. Remeha België

De landgrens met de zuiderburen bestaat wat betreft de trainers van Remeha niet. “We werken nauw samen met onze Belgische collega’s. Logisch, want met uitzondering van de typisch Belgische mazoutkachel, zijn onze producten, trainingsinhoud en -methoden hetzelfde”, vertelt Bloemen. Hij doelt daarmee op de afwisseling tussen praktijk en theorie in combinatie met een stukje entertainment.

“Het grootste verschil zit ‘m dus eigenlijk in de deelnemers en hun mentaliteit. In België zien ze ons echt als docent waardoor ze braaf luisteren en geen vragen stellen. Dan moeten we de interactie echt uit ze trekken”, leg Van Dijk uit. Kiesekoms vult aan: “Daarnaast kenmerkt het Nederlandse publiek zich door de aanwezigheid van grote bedrijven terwijl wij in België meer zzp’ers en kleine bedrijven voorbij zien komen.”  

Regels en wetten

Hoewel de toestellen overeenkomen, geldt dat niet voor de wet- en regelgeving in beide landen. Verwarring ligt dan als snel op de loer, vindt ook Kiesekoms: “Zelfs in Belgische departementen onderling komen verschillen voor. Zo krijgen ze daar te maken met de Vlaamse, Brusselse en Waalse wetgeving. Los nog van de afwijkende keuringen, normeringen en verplichtingen per streek. Des te belangrijker is het dat we van alle wet- en regelgeving op de hoogte zijn. Dat betekent dat er ook voor ons altijd wat te leren valt.”

* Rapport Prognose werkgelegenheid in de Technische Installatiebranche en instroom vanuit het onderwijs.