Britt Bremer
hoofd productmanagement bij BDR Thermea Group

Marcel Gehrels
ontwikkelaar duurzame energie bij Unica Energy Solutions

Twee vragen
twee personen
twee meningen

ARTIKEL

Leren van debatteren

Britt Bremer: “Welke route we ook kiezen, infrastructuur is een belangrijke voorwaarde. Als we vol inzetten op all-electric dan krijgen we te maken met de beperkte capaciteit van het elektriciteitsnet. Bij waterstof is ook de infrastructuur een uitdaging: er zijn aanpassingen nodig voor de bestaande gasleidingen in woningen. Daarnaast kost het tijd om meerdere wijken van aardgas over te zetten op waterstof, daar is dus een goede planning voor nodig. Ook de kosten zijn een aandachtspunt: zowel all-electric oplossingen als toestellen die op waterstof werken zijn nog vrij kostbaar. Waar leggen we die rekening neer? Een meer praktisch obstakel is het tekort aan vakmensen. Momenteel zijn er te weinig goed opgeleide installateurs beschikbaar voor de installatie van de duurzame toestellen.”

Marcel Gehrels: “Om op grotere schaal all-electric oplossingen toe te kunnen passen, moet de netcapaciteit voor elektriciteit omhoog. Ook moeten we bestaande woningen goed isoleren, voordat we massaal over kunnen stappen op warmtepompen. Een alternatief is de inzet van warmtenetten. Hiervoor kun je gebruikmaken van warmte die duurzaam wordt opgewekt met industriële warmtepompen of met biogas en restwarmte. We kunnen voor de productie van groene waterstof voor de hoogovens van IJmuiden bijvoorbeeld een windmolenpark bouwen. De restwarmte die bij de industriële processen overblijft, brengen we dan met een warmtenet naar de omwonenden.”

Welke obstakels moeten nog worden over-wonnen om helemaal over te stappen op dit alternatief?

Marcel Gehrels: “Ik denk dat waterstof niet geschikt is voor toepassing in de gebouwde omgeving. De productie van groene waterstof kost veel elektriciteit. Stel dat je 1 kg waterstof gebruikt om met een waterstofketel een huis te verwarmen. Zet je de elektriciteit die nodig is om die 1 kg waterstof te produceren direct in om via een warmtepomp het huis te verwarmen, dan kun je ongeveer acht keer zoveel warmte produceren. De elektriciteit die we nodig hebben om groene waterstof te produceren, kun je naar mijn mening beter inzetten om andere elektrische apparaten mee te voeden. Doen we dat niet, dan lopen we het risico dat we groene stroom tekort komen en er grijze stroom uit kolencentrales nodig is om alle warmtepompen en elektrische auto’s te laten werken. En dan schieten we ons doel van verduurzaming voorbij.

In de industrie is waterstof al veel beter inzetbaar. Daar gebruiken bedrijven nu al grijze waterstof. Die grijze waterstof produceren ze nu met aardgas. Als deze grijze waterstof wordt ‘vergroend’, zetten we al een hele grote stap qua verduurzaming. Een goed voorbeeld van een geschikte situatie voor de hoogwaardige inzet van groene waterstof is de hoogovens in IJmuiden. Zetten we daar in op het vervangen van kolen door groene waterstof, dan kunnen we veel grotere verduurzamingsstappen zetten. Ik ben daarom een groot tegenstander van waterstof in de gebouwde omgeving maar voorstander van de uitrol van groene waterstof in de industrie. Als we de hele industrie langzaam overzetten op het gebruik van groene waterstof kunnen we een voorbeeld stellen voor de rest van de wereld.”

Britt Bremer: “Ik verwacht niet dat we de gebouwde omgeving enkel via all-electric oplossingen of toestellen op waterstof gaan verwarmen. Het zal waarschijnlijk een mix van worden van beide alternatieven met daarbij het gebruik van duurzame brandstoffen. Een groot voordeel van waterstof is dat we het kunnen opslaan. Op deze manier kunnen we duurzaam opgewekte energie bewaren om later in te zetten. Voor de nieuwbouw is all-electric een goede oplossing, omdat we bij de bouw van nieuwe woningen en gebouwen al direct een goede isolatie kunnen aanbrengen. Mits een woning goed is geïsoleerd, is een all-electric oplossing de meest efficiënte wijze om een huis gasloos te maken. Bij bestaande bouw zie ik meer mogelijkheden met waterstof. Niet alle bestaande woningen zijn goed te isoleren of beschikken over een geschikte inrichting voor bijvoorbeeld vloerverwarming. Je kunt dan wel kiezen voor andere elektrische oplossingen zoals elektrische radiatoren, maar die zijn qua efficiëntie minder dan verwarming met waterstof.”

Waterstof en all-electric lijken de meest kansrijke alternatieven voor het gebruik van fossiele brandstoffen. Welke van deze twee opties is volgens jou het beste voor de verduurzaming van de gebouwde omgeving?

Leren van debatteren

10

Next

De installatie- en bouwwereld kent veel verschillende marktpartijen die intensief met elkaar samenwerken. Over het algemeen doen zij dit in goede harmonie, samen strevend naar het beste resultaat. Toch betekent dit niet dat hun meningen altijd exact dezelfde zijn. En dat is maar goed ook, want zo houden we elkaar scherp en leren we van elkaar. Dat is precies wat wij in ‘ons debat’ nastreven. We stellen twee vragen, aan twee personen die elk hun mening geven. In deze aflevering stellen we de vragen aan een ontwikkelaar duurzame energie bij een allround technisch dienstverlener en het hoofd productmanagement van een producent en distribiteur van verwarmings- en warmwatersystemen en daaraan gerelateerde diensten.